Open deur
Ik lig op de bank als ik dit schrijf. Onder een rose plaid. Bij te komen van het geknal van gisteren. Dit zal de toon zetten voor 2025. En daar voorbij. Mijn pleidooi voor meer poëzie. Omdat het troost, hoop geeft, van de gebaande paden afwijkt, liefde is, samenbrengt en deuren opent. Vind ik zelf een fijn beeld op deze eerste dag van het nieuwe jaar. Hup, voorwaarts, de drempel over. Door de deur naar binnen of naar buiten. Net wat ik nodig vind. Waar ik zin in heb. Vandaag keer ik me even naar binnen. Om de rommel van 2024 op te ruimen. Zinspelend, herkauwend, navelstarend. Morgen ga ik echt beginnen met de toekomst.
Vandaag hangt op de bank onder een kleedje.
Kijkt naar een documentaire.
Kauwt op een oliebol.
Spoelt gisteren weg met koffie.
Duwt de tong in het gat waar ooit een kies zat.
Ondertussen sijpelt er iets vochtigs onder de voordeur door,
kruipt met de wind het huis binnen
Het is de vraag van vandaag
Die slechts een kier in het hoofd nodig heeft
om zich te presenteren
Als hoop onkruid is
Wat is dan wanhoop?
Zijn het de wortels van het plantje?
Ik pluk een krent uit mijn Vesuvius.
En herkauw een uur geleden
Zet in mijn hoofd de deur op een kier
Morgen is een voornemen
Blanco als altijd
Ook in dit gedicht
Annet, 1 januari 2025
(beeld: Unsplash, Hailey Tong)